Vanaf 1 januari 2020 zijn de regels voor btw-ondernemers die zaken doen met andere bedrijven binnen de EU aangescherpt. Lever je goederen aan een bedrijf in een ander EU-land? Dan is er één gouden regel: zorg dat je altijd het btw-identificatienummer van je klant op je factuur vermeldt. Dit kleine detail kan een groot verschil maken bij je btw-aangifte!
Waarom is dat zo belangrijk?
Als je het btw-nummer van je klant niet correct vermeldt, kun je het nultarief voor intracommunautaire leveringen niet toepassen. Dit betekent dat je btw moet afdragen over de levering, terwijl je dat met het juiste nummer had kunnen vermijden. En ja, dat kan een flinke financiële steek opleveren. 🐝💸
Wat moet je doen om problemen te voorkomen?
Controleer het btw-nummer van je klant
Gebruik de VIES-tool (Vat Information Exchange System) van de EU om te checken of het btw-nummer klopt en actief is. Een snelle check voorkomt later gedoe.
Vermeld het btw-nummer op je factuur
Plaats het btw-identificatienummer duidelijk op de factuur. Zo toon je aan dat je te maken hebt met een btw-plichtige klant.
ICP-aangifte op tijd indienen
Naast je reguliere btw-aangifte moet je een ICP-aangifte (opgaaf intracommunautaire prestaties) indienen. Hier geef je aan welke goederen je naar welke klanten in de EU hebt gestuurd.
Pro-tip van Cijfertje:
Bewaar altijd een kopie van je facturen en de bevestiging van het btw-nummer. Dit is je bewijs als de Belastingdienst ooit vragen stelt.
Door deze stappen te volgen, voorkom je onnodige btw-afdrachten, boetes of andere onaangename verrassingen. Een beetje extra administratie, maar het bespaart je een hoop buzz-trouble! 🐝✅
